Politiek is vaak voorspelbaar. Vaak, niet altijd. Lokaal gezien breek ik me momenteel het hoofd over een vraag waar ik het antwoord nog niet op weet.
Wie wordt de lijsttrekker van het CDA in Zuidplas?
Dat klinkt als een saaie vraag, maar is het niet. Want waar je het bij andere partijen eigenlijk al met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid kon of kunt voorspellen, is het bij de christendemocraten wat mij betreft nog onduidelijk.
Wordt het wethouder Jan Verbeek, altijd goed voor een gulle lach en positieve campagne. Of wordt het de ijverige en ambitieuze Marc Lansink, die de afgelopen raadsperiode al het fractievoorzitterschap overnam van Wybe Zijlstra.
Ik weet het niet.
Wat ik zeker weet, is dat Lansink wel verder wil. Dat heeft hij me zelf verteld, een paar weken geleden. Op de vraag of hij lijsttrekker wil worden, antwoordde hij ultra-politiek. Ofwel: hij hield wijselijk zijn mond.
De eerste keer dat ik Lansink ontmoette, was járen geleden in een donkere en knusse kelder… Nee, geen rare dingen denken. Dat was de burgerzaal van het voormalige gemeentehuis in Moordrecht! Als verslaggever bracht ik uren door in dat hok. En geloof me: daar was politiek gezien altijd wat te beleven. Met name op het gebied van ruimtelijke ordening zijn er veldslagen gevoerd door coalitie- en oppositiepartijen. De laatste twee, drie raadsperioden voordat Moordrecht werd opgeslokt door Zuidplas was het vaak vuurwerk.
Lansink liet op een gegeven moment zijn gezicht zien in die kelder. Puur uit nieuwsgierigheid. Ik sprak hem en hij kwam over als een geïnteresseerd en betrokken burger. Anders zit je daar ook niet, op je vrije avond. Voor die tijd bleek ik hem al eens gesproken te hebben, toen hij zich opwond over iets bij de lokale woningbouwvereniging. Als ik me goed herinner.
Afijn. Wat ik wil zeggen, is dat Lansink zijn vlieguurtjes heeft gemaakt en nogmaals: ijverig is. Dat merk je aan zijn doen en laten in de politieke arena. Zijn staccato-manier van praten. Zijn voorbereiding.
En dan Jan Verbeek. Die loopt al zo lang mee in politiek Nieuwerkerk, dat hij zeker weten op dit moment de wethouder is met de meeste ‘gezichtsbekendheid’. Dat komt ook doordat hij zijn ‘big smile’ menigmaal in de krant kreeg. De ‘big smile’ die altijd nog meer uit de verf komt als Jan een paar minuten zonlicht op zijn gelaat krijgt.
Jan Verbeek heeft politiek fingerspitzengefühl. Wat ik waardeer, is dat hij weet wanneer hij een grapje kan maken en wanneer niet. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld zijn collega Arjen Hazelebach (PvdA). Die maakt zo vaak zulke foute grapjes, die hij zelf erg leuk vind, dat het ongemakkelijk wordt. Ik bespeurde regelmatig plaatsvervangende schaamte bij zijn collega’s, bijvoorbeeld tijdens vergaderingen of tijdens persbijeenkomsten. Ik zeg het maar zoals ik het zie. Kom maar op als ik het mis heb.
Nadeel aan Jan Verbeek is dat hij een redelijk pittige portefeuille had. Maatschappelijke Ondersteuning. En een tijd financiën. Geen portefeuille waarmee je kon scoren. Verenigingen in Zuidplas werden niet blij van de mededeling dat subsidies omlaag gingen. Op sportgebied heeft Verbeek het dossier Kleine Vink zo goed en zo kwaad als het gaat proberen af te ronden. Resultaat: van de ambitieuze plannen is alleen van de verhuizing van de korfbalclub iets terecht gekomen. Er is gedoe met zwembaden, er was gedoe met bibliotheken. Voorwaar geen gemakkelijke tijd.
Bij het CDA verwacht ik geen verrassende lijsttrekker. Geen onervaren nieuweling. Denk ik. Ik voorspel dus óf Lansink óf Verbeek.
Maar minstens zo belangrijk: de rest van de lijst. De partij zal een aderlating moeten doen. Zevenhuizenaar Roeland de Graaff gaat niet voor een tweede periode. Vriend en vijand zullen dat betreuren. Hoewel: De Graaff is zo’n vent die geen vijanden heeft. Daarvoor is hij te aardig en te correct. Een door ieder gewaardeerd raadslid die zich ver hield van politieke spelletjes en vuile opmerkingen op twitter.
Moordrechtenaar Gert Will zal ook niet hoog op de lijst komen. Vlak voor en na de fusie was de Moordrechtenaar al in twijfel of hij nog door moest gaan. Will ken ik nog véél langer. Will is een mooi mannetje, vind ik. Als je goed doorvraagt, zegt hij wel aardige dingen. Ik kan me een interview herinneren dat ik schreef, waarin het beeld naar voren kwam dat Will met alle winden meewaait, zolang het schip maar de goede kant op vaart. Will is de man van de compromissen. Zijn typerende stemgeluid en de manier waarop hij half onderuitgezakt op zijn raadszetel kan zitten/hangen zal ik niet vergeten.
Wybe Zijlstra begon de afgelopen periode als lijsttrekker en fractievoorzitter, maar heeft gedurende de rit voor zijn carrière gekozen. Toen hij de Kamer van Koophandel verruilde voor een gemeentefunctie ergens op Goeree Overflakkee was hij meer tijd kwijt aan reizen dan aan vergaderen. Hij deed een stapje terug.
Tenslotte heeft de vijfkoppige CDA-fractie van dit moment één dame binnen de gelederen: Marijke Edel. Een pientere dame met gevoel voor historie en archieven. Een dame uit een politiek gezin, want manlief Theo was jaren CDA-raadslid in Nieuwerkerk en statenlid in Provinciale Staten. Marathonman Edel. Ik weet niet wat Marijke Edel wil, maar ik hoop dat ze doorgaat. Het zou goed zijn voor de raad. Nee, niet omdat ze een vrouw is. Maar stiekem toch wel ook omdat ze een vrouw is. Die zijn en blijven dungezaaid in de lokale politiek.
Als ik aan het eind van dit relaas toch moet kiezen wie lijsttrekker wordt… Poeh. Als ik Verbeek op een Tamara van Ark-achtige ambitie had kunnen betrappen, en zou denken dat hij zijn politieke horizon wilde verbreden, had ik zeker voor Lansink gekozen. Maar die ambitie heb ik (nog) niet waargenomen.
Dus verwed ik om een groene CDA-appel dat het toch weer Verbeek wordt.